Voor het eerst in ruim twee jaar werd in Nederland een geval van de dollekoeienziekte BSE aangetroffen. Volgens het ministerie van Landbouw betreft het een tien jaar oude koe die in een slachthuis in Tilburg werd getest tijdens een reguliere controle. Noch het Nederlands ministerie, noch het FAVV zien de noodzaak om extra maatregelen te nemen.
De laatste melding van dollekoeienziekte in Nederland dateert van mei 2008. In 2009 werden 405.000 Nederlandse runderen getest, waarbij geen enkele aanwijzing van BSE werd vastgesteld. Dit geldt overigens voor alle lidstaten van de EU. In België werd het laatste geval aangetroffen in oktober 2006. Omdat de ziekte bijna uitgeroeid is, werd eerder dit jaar een voorstel ingediend door de Europese Commissie om een aantal maatregelen in de strijd tegen BSE te versoepelen.
Het Nederlands ministerie van Landbouw was dan ook tevreden dat ondanks het intensieve testprogramma gedurende een periode van ruim twee jaar geen besmetting met BSE werd aangetroffen. Volgens het Centraal Veterinair Instituut in Lelystad is het normaal dat de komende jaren af en toe een geval van BSE wordt vastgesteld. Die veronderstelling wordt waarheid nu een besmette koe uit de voedselketen werd gehaald. Verdere maatregelen acht het Nederlands ministerie overbodig.
Het Voedselagentschap in België oordeelt het evenmin nodig maatregelen te nemen. "Dollekoeienziekte verspreidt zich niet door de lucht. Er is dus geen reden tot ongerustheid", stelt Lieve Busschots van het FAVV. Momenteel wordt de kudde onderzocht waarin de zieke koe zich bevond. "Alleen indien er dieren in België terechtkwamen, zijn maatregelen nodig."